Vorige

Volgende

Toon index

Start pagina

Auteur: Arend Arends

Versie: 30 juli 2014

Huizen in Peize voor 1850

E Molenweg Noord tot Oude Velddijk Midden 42b-54

42b Eite Wiggers Eitens

Eite Wiggers Eitens is in 1832 eigenaar van een huis, waar hij ook al woont in 1825. Het huis komt nog niet voor op de overzichtskaart van het kadaster van 1818. Eite Wigger Eitens is een zoon van Wigcher Eitens en Aaltien Tjammes van Hoorn, zie 49. Hij trouwt in 1822 met Grietien Ax.

43 Warmelt Willems, Jan Gerrits, Roelof Jans Remmelts, Arend Jans Koops, Harm Geerts Tuinman, Tjebbel Jans Stroetinga

In het Register van Nieuwe Huizen wordt Warmelt Willems vermeld als kerken meier in een huis dat in 1646 toebehoorde aan Jan Willems (of Willens). Warmelt Willems wordt vermeld in het Haardstedenregister van 1742.

Bij de verkoop van huis 45 is een aantal malen sprake van de kerkenplaats of kerkenland ten zuiden of oosten van dat huis.

Warmelt Willems trouwt in 1708 met Hillegien Jans Ottens. In 1720 betaalt hij voor het laken over Jan Ottens. Mogelijk een dochter is Wibbe Warmelts, in 1754 ongeveer op dezelfde plaats vermeld met vrijstelling van het Haardstedengeld en met de aantekening: "nu Hillegijn Jans". Dit zou dan de weduwe zijn. In 1764 wordt zij mogelijk vermeld als Hillegijn Warmelts, eveneens met vrijstelling.

Een zoon is Willem Warmelts, die in 1740 trouwt met Roelofje Janssen, zie 74.

Mogelijk heeft in 1754 en 1764 in hetzelfde huis gewoond Jan Gerrits, die vermeld wordt als wever. Mogelijk bezit hij land aan de overzijde van de weg, want Jan Gerrits wordt in 1742 genoemd als noorderbuurman van huis 42, terwijl daar behalve huis 44 nog geen huizen staan.

Jan Gerrits is mogelijk dezelfde als Jan Wever, die in 1754 trouwt met Aaltien Berends.

In 1774 kunnen de broers Willem en Frerik (Engberts) hier gewoond hebben, eveneens als wevers, zij en eventueel Jan Gerrits daarvoor kunnen toen ook gewoond hebben in huis 45 dat de broers in 1776 kopen, zie aldaar. 

In 1784 en 1794 woont Roelof Jans Remmelts mogelijk in het huis. Hij is getrouwd met Jantien Hindriks Hulzebosch, dochter van Hindrik Jacobs en Annegien Hindriks en zuster van de schoolmeester Hindrik Hindriks Hulzebosch, zie 64* en 77. In 1797 woont zij als weduwe in huis 52 of 54 bij Coobe Jans. Zij is dan 69 jaar met eveneens in het huis wonend dochter Grietje Roelfs, 39 jaar. De laatste overlijdt in 1818 ongehuwd.

Dochter Maria Roelfs Remmelts trouwt in 1814 met Albert Laurens Mulder uit Groningen. Zij overlijdt daar in 1827.

In 1797 woont mogelijk in het huis Arend Jans Coobs (Koops), arbeider 27 jaar, gehuwd met een kind. Hij is een jongere broer van de hierboven vermelde Koop (Coobe) Jans en zoon van Jan Koops en Hinderkien Hindriks Schuring, zie 61. Hij woont hierna in huis 28, zie aldaar.

In 1799 verkoopt de kerkenraad het kerkenplaatsje met hoppeland ten zuiden van het huis aan mr. P. Gasinjet in het Peizerwold. Het huis grenst ten oosten aan de halve sloot, ten zuiden aan dominee Willinge, ten westen aan dominee Ebbinge en ten noorden aan het hof, dat eveneens wordt verkocht en dat grenst ten oosten aan de halve gruppe, ten westen aan F. Cornelis (Zuideveld, eigenaar van huis 45) en ten noorden aan de halve gruppe langs de goorde in gebruik bij Joost Huiberts. De plaats is bezwaard met de overmenning (recht van overpad) naar het hoppeland dat erachter ligt. Ook de naburige landerijen worden verkocht aan anderen, wat bevestigt dat het inderdaad om huis 43 gaat. [inv 249, fiche 3, p.239]

In 1804 wordt het huis bewoond door Harm Geerts (Tuinman), in 1807 met 4 inwonende kinderen en als eigenaar P. Gasinjet. Ook in 1813 woont Harm Geerts Tuinman nog in het huis. Daarna is het in bezit gekomen van Tjebbel Jans Stroetinga, die hier woont in 1825 en waarvan de erfgenamen in 1832 eigenaar zijn.

Harm Geerts Tuinman is een zoon van Geert Jans en Annechien Alberts. Hij trouwt omstreeks 1790 met Janna Berends Schuurman, dochter van Berend Hindriks Schuurman en Jantien Alberts, zie 62. Er is ook een broer Jan Talens Geerts Tuinman, die in 1800 in Eelde trouwt met Trientien Roelofs Westerhof uit Haren. Zij wonen in Paterswolde.

43a Roelof Jans Engberts (Tienkamp)

Roelof Jans Engberts is in 1825 bewoner van het huis, dat in 1832 ook zijn eigendom is. Het huis is gebouwd tussen 1813 en 1818. Zijn eigenlijke naam is Roelf of Roelof Engberts, geboren in Noordmeer bij Den Ham, Overijssel. Hij trouwt in 1814 met de schippersdochter Wietske Harmens van Aard, soms ook Popstra genoemd, geboren in Surhuizum. Roelf Engberts is klompenmaker en overlijdt in 1830. Wietske hertrouwt in 1842 in Assen met Jan Luigjes Alberts de Weerd, geboren in Drijber, Beilen, en woont later evenals haar zoon Engbert in Vries. In Peize zijn twee kinderen geboren, zoon Engbert, die de naam Tienkamp aanneemt en ook klompenmaker is, en dochter Harmina Engbers die later in Schoonoord en Zwolle woont.

44 Albert Schuiringe, Ebbo Garbrants, Jan Tonnis, Dubbelt Hemsing, Jan Kuiter, Anna Teilinga, Hindrik Jans Kregel, Barteld Mensing, Albert Hindriks Bakker

In 1757 kopen de Heer D. Hemsink en vrouw Allerdina Ebbinge voor 1200 gld. een huis van Jan Tonnis en kinderen, dat hij eerder aankocht van Ebbo Garbrands en consorten. In het Haardstedenregister van 1742 wordt het lege huis van Ebbo Garbrants vermeld.

In het Register van Nieuwe Huizen 1745 woont Jan Tonnis in het huis dat in 1646 toebehoorde aan Albert Schuiringe. Deze wordt in 1630 vermeld met een gezin van 7 personen en een vol erf.

Kinderen van Albert Schuiringe zijn Bareld, Jan en Roelof Schuiringe. De laatste eist in 1661 herziening van een eerdere scheiding van de ouderlijke goederen.

Jan Schuiringe is getrouwd met Geesje Luinge, die omstreeks 1665 hertrouwt met Wolter Ebbinge. Uit het eerste huwelijk zijn dochters Aaltien en Grietien geboren, waarvan de eerste getrouwd is met Roelof Hindriks in Roden en de tweede met Albert Hindriks Steenhuis in Groningen. In 1702 erft Grietien van Aaltien, zij is dus kinderloos overleden. Roelof Hindriks hertrouwt met Gesien Alders, zie 23. Hun dochter Aaltien Roelofs trouwt omstreeks 1722 met Ebbe Garbrants. In 1743 vragen de mombers over de kinderen van Ebbe Gerbrands en zijn overleden huisvrouw Aaltien Roelofs toestemming om hun 1/6 deel van een erf te Peize samen met de andere eigenaren te mogen verkopen.

In het Haardstedenregister van 1691-1695 wordt Jan Schuiringe vermeld met resp. 2 en 3 paarden, die mogelijk in dit huis heeft gewoond, maar nadere gegevens over deze Jan Schuiringe ontbreken.

Jan Tonnis woont in 1742 nog in huis 104 en wordt zowel in het Haardstedenregister van 1742 als het Haardstedenregister van 1754 vermeld als timmerman, zie verder bij huis 104.

In 1782 wordt de Hr. D. Hemsink genoemd als noorderbuurman van een stuk hoppeland, dat ligt tegenover het huis dat Jan Bouwkamp dan aankoopt (huis 42) en gelegen aan de oostkant van de weg. Dat kan eventueel ook een los stuk land betreffen.

In 1793 verkopen Jan Hemsink op Den Ham, Allert Hemsink op de Gaarkeuken onder Grijpskerk, Jacobus van der Scheer noie ux Roelina Hemsink te Coevorden en Frerik Hemsink op de Nientap, kinderen van Dubbelt Hemsink en Allerdina Ebbinge, in leven echtelieden te Peize aan Frerik Hindriks (Bakker) te Peize voor 1670 gld. een behuizing met een kamer en keuken zoals door Hindrik Jans en Anna Buirma werd bewoond. Het huis grenst ten oosten aan de weg, ten zuiden aan de Hr. Ketel, ten westen aan Jan Alberts (zie 50) en ten noorden aan de verkopers. Ook wordt een keuterie die wordt gebruikt door Roelef Huising verkocht aan Otte Costers voor 505 gld. Het huis grenst ten oosten en ten zuiden aan de verkopers, ten westen aan de weduwe van Barelt Roelfs en ten noorden aan de weg. Het laatste huis komt overeen met huis 47. Bij een eerdere verkoop van huis 50 bleek dat Jantien Luinge, weduwe van Barelt Roelfs eigenaresse was van een stuk grond ten noorden van huis 50.

In het Haardstedenregister van 1794 worden tussen Frerik Engberts op 45 en Roelof Jans Gerrits op 48 vermeld: Anna Buirema, soldatenweduwe zonder aanslag, Hindrik Jans en Roelef Huising. In 1797 worden de eerste twee respectievelijk vermeld als Anna Teijlinga, naaister, 28 jaar en weduwe en als Hindrik Jans Cregel, arbeider, 45 jaar, gehuwd met een kind.

Anna Teilinga is geboren In Hellum. Zij trouwt in 1771 (afkondiging in Appingedam) met Jacob Gerrits Buirema, zoon van Gerrit Buirema en Marchien Ebbinge, zie 6. Jacob Buirema was evenals zijn broer Frerik soldaat in het leger van de Republiek en is in 1782 als vermist opgegeven.

[Hindrik Jans Kregel]

[Barteld Mensing]

[Albert Hindriks Bakker]

45 Berent Geerts, Weduwe Jan Berents, Willem en Frerik Engberts, Koop Geerts Kregel, Hindrik Wiefering

Mogelijk is dit het huis van Berent Geerts, die wordt vermeld in het Haardstedenregister van 1742, met mogelijk als opvolgster in 1754 weduwe Jan Berents. Volgens het Register van Nieuwe Huizen is het huis getimmerd van het huis van Berent Kene in 1646. Dit kan betekenen dat materiaal van dat huis is gebruikt en de lasten voor de grondschatting naar het nieuwe huis zijn overgegaan.

Berent Geerts is vermoedelijk de Berent Geerts, getrouwd in 1722 met Ameltien Schuiringe, dochter van Cornelis Schuiringe en Gesien Jansen, zie 71. In 1744 verkopen Wijcher Schuiringe en Berent Geerts namens zijn echtgenote Ameltien Schuiringe hun aandeel in de ouderlijke goederen aan broer Harm Schuiringe, uitgezonderd het waardeel, waarvan Berend Geerts het derde deel houdt. Hieronder zijn waarschijnlijk ook de kerkgraven die hieronder worden genoemd.

Een zoon is vermoedelijk Cornelis Berents, getrouwd met Jantien Ottens en met een dochter Ameltien, zie 18.

Een dochter is vermoedelijk Geesje Berents, die in 1754 in het huis woont als weduwe Jan Berents.

De weduwe van Jan Berents wordt in 1754 vermeld na Jan Hindriks en voor Jan Harm Huibers, zie 46. Mogelijk een andere weduwe Jan Berents, Annigje Joestens, verkocht in 1752 haar huis nummer 42.

In 1753 leent Geesje Berents, weduwe van Jan Berents 60 gld. van de diaconie. In 1763 zijn Cornelis en Geesje Berents mede-erfgenamen van Hindrik Geerts, zie 130. De Berent Jans, die in 1776 het huis verkoopt, is blijkbaar een zoon, maar deze is hierna niet aangetroffen in Peize.

In 1776 verkoopt Berent Jans aan de twee gebroeders Willem en Fredrik Engberts te Peize een behuizing met hof en hoppeland. Het huis grenst ten oosten en zuiden aan kerkenland en ten westen en noorden aan de weg. Er zijn venen, velden en kerkgraven mandelig met Cornelis Schuiringe. Al in 1774 worden hier vermeld Willem en Frerik, wevers, van 1784 tot 1804 wordt alleen Frerik Engberts, wever vermeld. Willem en Frerik Engberts zijn kinderen van Engbert Willems en Eltien Alberts en afkomstig uit Langelo. Willem Engberts is voor 1782 al vertrokken naar Roden. Hij is getrouwd geweest met Fennechien Hindriks, Liebegien Jans en Willemtien Fridsgers en overlijdt in 1814 in Foxwolde. Mogelijk heeft hij ook in Norg (Langelo) gewoond.

Frerik Engberts trouwt in 1778 met Marchien Gerrits Kramer, dochter van Gerrit Kramer en Grietje Engberts, zie 49. Zij overlijdt al in 1779. Frerik Engberts hertrouwt in 1782 met Jantien Arends, dochter van Arend Kosters en Annegien Ottens. In 1788 hertrouwt hij met Annegje Hindriks (Kremer) van Paterswolde, dochter van Hendrik Geerts en Grietje Pieters, die op de boerderij de Schelfhorst hebben gewoond. Bij de huwelijksafkondiging in Roderwolde wordt Annegje vermeld als afkomstig van Roderwolde, waar zij dan blijkbaar woont.

Bij de momberaanstelling wordt vermeld dat het huis kort daarvoor is verkocht aan de koopman Frerik Cornelis (Zuideveld). De verkoping wordt in 1789 ingeschreven, waarbij wordt vermeld dat het huis grenst ten oosten en zuiden aan het kerkenplaatsje (nr. 43) en ten westen en noorden aan de weg. Zoals blijkt hierboven, blijft Frerik Engberts in het huis wonen. In 1807 en 1813 woont hij in een ander huis van inmiddels de weduwe van Frerik Cornelis Zuideveld, zie huis 80.

In 1807 woont Koop Geerts Kregel in het huis met weduwe Freerk Kornelis als eigenares, in 1813 woont hier Hindrik Weitering (Wiefering), zie 56a. Het huis is in 1832 eigendom van weduwe F.K. Zuideveld.

46 Joost Swiers, Jan Harm Huiberts, Joost Huiberts

Het Haardstedenregister van 1691-1695 vermeldt Joost Swiers als schoenmaker. In 1742 wordt Jan Harmen vermeld als schoenmaker, in 1754 en 1764 als Jan Harm Huiberts, in 1774 zijn weduwe. Vervolgens is Joost Huiberts hier schoenmaker van 1784 tot 1804, in 1807 is hij ook eigenaar en wordt dan evenals in 1797 vermeld als gehuwd met 4 (inwonende) kinderen. In 1813 woont hier zijn weduw Annegje. In 1825 is zoon Hendrik Joosten Huiberts de bewoner en in 1832 is hij ook eigenaar.

Jan Harmen wordt in het Register van Nieuwe Huizen vermeld als eigenaar/bewoner van een sinds 1646 nieuw huis.

Joost Swiers is waarschijnlijk twee keer getrouwd geweest. In 1688 wordt de vrouw van meester Joost begraven. Hij hertrouwt nog in hetzelfde jaar met Roelefien Jansen. Vermoedelijk twee zoons zijn betrekkelijk jong overleden: Hindrik in 1716 en Lambert in 1720. In beide gevallen betaalt Joost Swiers voor het laken. Verder zijn alleen dochters bekend. 

Uit het eerste huwelijk zijn dit vermoedelijk:
Lammechien Joosten trouwt in 1708 met Harmen Berends van Trensedorp (of Frensdorp?). Harmen Berends woont in 1742 mogelijk in huis 11, zie aldaar.
 
Aaltien Joosten trouwt in 1709 met Jan Willens of Willems en in 1713 in Tolbert met Gerrit Berents.
 
Jantien Joosten trouwt in 1724 met Hindrik Geerts, zie 130. Bij hun kinderloos overlijden in resp. 1761 en 1756 worden verschillende erfgenamen genoemd.
Annegien Joosten is getrouwd met Jan Berends, die in 1734 overlijdt. Zij verkoopt in 1752 haar huis, zie 42 en gaat daarna in Haren wonen, vermoedelijk bij haar dochter Zwaantje Jans, getrouwd met Popke Jans. Popke Jans wordt bij een verkoping genoemd als één van de erfgenamen van Jantien Joosten. 
Zwaantje Joosten trouwt omstreeks 1730 met Hindrik Jans. In Roderwolde worden de kinderen Roelofje en Joost Sweers geboren.

Kinderen uit het tweede huwelijk zijn vermoedelijk:
Fennechien Joosten trouwt in 1723 met Jan Harm van Noorthoorn, vermoedelijk Nordhorn, Bentheim. Hij wordt soms ook Huiberts genoemd, een naam die door zijn nakomelingen ook als familienaam wordt gebruikt. Jan Harmen (Huiberts of Huberts) volgt zijn schoonvader in dit huis op als schoenmaker. 
Gesien Joosten trouwt in 1727 met Wessel Jans, die stoeldraaier is.
Zwaantien Joosten trouwt omstreeks 1730 met Hindrik Jans. In Roderwolde worden de kinderen Roelofje en Joost Sweers gedoopt.

Kinderen van Jan Harm Huiberts en Fennechien Joosten zijn:
Hindrik Huiberts trouwt in 1751 met Annegien Willems en wordt schoenmaker in huis 67. Hindrikje Jans Huberts trouwt in 1750 met Klaas Kruims uit Roden. Klaas Kruimt woont in 1764 in huis 102 aan de Schipdijk en is daar vermoedelijk schipper. Jan Huiberts trouwt in 1755 met Catharina Emmen, geboren in Gasselte. Hij overlijdt al in 1759. Het Haardstedenregister vermeldt Catharina in 1764 als weduwe Jan Huberts met nering in vermoedelijk huis 86. Zij hertrouwt in 1768 met Harm Lamberts.
Roelofjen Huberts trouwt omstreeks 1755 met Hindrik Bartels uit Foxwolde, waar ook hun kinderen worden geboren. Kinderen van zoon Bartelt dragen later de familienaam Tiesinga. In 1777 hertrouwt zij in Roden met Jacob Gerrits uit Surhuisterveen. Annegje Huberts trouwt in 1761 in Vries met Albert Hindriks uit Donderen. Er worden kinderen geboren in Donderen met later de familienaam Alberts.
Joost Huberts, die in het huis blijft wonen.

Uit de voogdijrekeningen over de kinderen van resp. Hindrik en Hindrikje Huberts blijkt dat Joost Huberts het ouderlijk huis heeft gekocht van zijn broers en zusters. Hij betaalt aan ieder een zesde portie. Joost Huberts trouwt in 1779 met Annechien Hindriks uit Roden. Zoon Hindrik Huberts trouwt in 1822 met Antje Derks Eekhof en is in 1832 eigenaar van het huis. Dochter Fennechien Huberts trouwt in 1819 met Geert Jans Rutgers uit Paterswolde en gaat daar wonen.

47 Pieter Tonnis, wed. Hindrik Steenbergen, Steven Frischers, Geert Jacobs Dekker, Roelof Huising, Otte Kosters, Janke Geerts, Fridsiger Berends (de Rink), Jan Thijs Brink

Het Register van Nieuwe Huizen vermeldt in 1742 Pieter Tonnis en in 1745 de weduwe van Pieter Tonnis als meier van dominee (Johannes) Hemsing. Het betreft een na 1646 gebouwd huis. Aangezien het huis in 1793 in het bezit is van diens zoon Dubbeld Hemsing, zie 44, is het waarschijnlijk dat het dit huis betreft.

Pieter Tonnis is een zoon van Tonnis Pieters en een broer van Jan Tonnis, zie 104 en Wemeltien Tonnis, getrouwd met Willem Engberts, zie 100. Hij trouwt in 1706 met Jantien Harmens. In 1746 dragen Jantien Harmens, weduwe van Pieter Tonnis en de echtgenoten van haar dochters pootland over aan Willem Engberts, gelegen bij diens huis, zoals op 25-1-1744 door Pieter Tonnis publiek is verkocht. Deze dochters zijn Albertien Pieters getrouwd met Hindrik Egberts te Groningen, Hindrikje Pieters getrouwd met Jannes Jansen te Ballo en Wemeltien Pieters getrouwd met Jan Jannes op Ter Horst onder Beilen. Mr. Jan Tonnis tot Peize treedt op als volmacht.

Dochter Albertien Pieters trouwt in 1738 met Hindrik Egberts en woont daarna in Groningen. In 1752 hertrouwt zij daar met Hindrik Jan Weseling uit Vorden.
Dochter Hindrikje Pieters trouwt omstreeks 1730 met Jannes Jans Boer te Balloo.
Dochter Wemeltien Pieters trouwt in 1731 in Beilen als Wemmechjen Pieters met Jan Jannes, beiden van Overschinge (Eursing). Later wonen zij in Ter Horst.

In 1754 wordt na de bewoner van huis 46 vermeld wed. Hindrik Stienbargen en in 1764 Steven Frischers. Zij hebben mogelijk ook in dit huis gewoond. Voor Hindrik Steenbergen zie 36. Steven Fridsigers woont vanaf 1774 in huis 111 of 112, zie aldaar. Na Steven Frischers komt in 1764 Hr. D. Hemsink, huis 44. Geert Jacobs (Dekker) is de mogelijke bewoner in 1774 en 1784. Zeker is dat niet, omdat de volgorde in dit gedeelte nogal eens wisselt. Na de bewoners van huis 44, maar voor Geert Jacobs komt in 1774 nog Geert Jans en in 1784 Harm Jans Resing als wever.

De volgorde in het Haardstedenregister verandert in deze omgeving een aantal malen, zodat  de situatie niet geheel duidelijk is. Wel wordt bij het hertrouwen van Geert Jacobs in 1786 vermeld dat er een huurschuld is. Vanaf 1794 woont Geert Jacobs in huis 140, waar hij als dekker wordt vermeld. Zijn kinderen gebruiken deze naam ook als familienaam. Geert Jacobs Dekker is een zoon van Jacob Willems en Margien Stevens, zie bij 17. Hij trouwt in 1772 met Jantien Koops, dochter van Koop Jans en Zwaantien Jans, zie 108. In 1783 hertrouwt Geert Jacobs met Jantien Thijs, dochter van Thijs Stevens (Brink) en Jantien Willems, geboren in Steenbergen bij Roden. Zie verder bij huis 140.

In 1793 verkopen de kinderen van Dubbelt Hemsink en Allerdina Ebbinge naast huis 44 ook dit huis. De keuterie die wordt gebruikt door Roelef Huising wordt verkocht aan Otte Costers voor 505 gld. Het huis grenst ten oosten en ten zuiden aan de verkopers, ten westen aan de weduwe van Barelt Roelfs en ten noorden aan de weg. Bij een eerdere verkoop van huis 50 bleek dat Jantien Luinge, weduwe van Barelt Roelfs eigenaresse was van een stuk grond ten noorden van huis 50.

Otte Arends Kosters is een zoon van Arend Kosters en Annegien Ottens, zie 20. Zijn eerste echtgenote Grietien Geeraarts overlijdt in 1783 in het kraambed bij de geboorte van een tweeling. Vermoedelijk zijn de kinderen ook kort daarna overleden, want bij zijn hertrouwen met Jantien Geerts worden geen mombers aangesteld. Er worden kinderen geboren tussen 1789 en 1796. Jantien Geerts wordt in 1797 vermeld als arbeidster, 45 jaar, weduwe met 3 kinderen. Zij wordt in 1807 begraven, waarbij haar goederen worden verkocht ten bate van de diaconie.

In 1798 verkoopt Gerard Costers optredend voor de weduwe Otte Costers haar huis met hoppeland aan dr. P. Gasinjet in Peizerwold. Het huis grenst ten oosten aan Frerik Hindriks (Bakker, zie 44), ten zuiden aan F. Hindriks en Jan Alberts (Eilander, zie 50), ten westen aan weduwe Barelt Roelfs en ten noorden aan de weg. P. Gasinjet is ook eigenaar in 1807 met Fridsiger Berends als bewoner. In 1832 is G.C.F. Gasinjet de eigenaar.

In 1804 wordt Fridsiger Berends vermeld als kleermaker. Hij woont hier ook in 1807, er zijn dan 4 inwonende kinderen. In 1813 woont hij in huis 54. Fridsiger Berends de Rink is een zoon van Berend Fridsigers en Geertien Harms. Hij trouwt in 1792 in Roderwolde met Lammechien Klazens. Daar worden ook de oudste kinderen geboren.

In 1813 wordt het huis bewoond door Thijs Jans Brink, zoon van Jan Thijs Brink en Geesien Willems. Hij trouwt in 1803 met Lammechien Jurriens, dochter van Jurrien Berends en Aaltien Jans, zie 135.

48 Jan Gerrits, Roelof Jans Gerrits, Albert Stevens Brink, Harm Bening

Jan Gerrits is in 1742 bewoner en eigenaar van een na 1646 gebouwd huis in Peize. Hij wordt in het Haardstedenregister van Peize van 1742 tot 1764 vermeld als timmerman, in 1774 Jan Gerrits en zoon als stoeldraaiers, in 1784, 1794 en 1804 Roelef Jans Gerrits. In 1797 is Roelof Jans Gerrits 48 jaar en gehuwd met als beroep stoelmaker. Roelof Jans Gerrits wordt ook in 1807 vermeld, dan tevens als eigenaar van het huis waar hij woont. 

Jan Gerrits trouwt in 1727 met Jantien Roelefs. In 1782 verkopen de erfgenamen van Jan Jans Gerrits en Jantien Roelfs hun tweederde deel van het huis aan de mede-erfgenaam Roelof Jans. Jan (Jans) Gerrits is dus waarschijnlijk de zoon van een eerdere Jan Gerrits, die in 1734 wordt begraven en waarvan de weduwe in 1742 op een andere plaats met haar zoon wordt vermeld als kuiper, vermoedelijk huis 36.

De mede-erfgenamen in 1782 zijn de kinderen van Willemtje Jans bij Pieter Hindriks Bult, waarvoor Jan Engberts optreedt als hoofdmomber en de kinderen van Grietje Jans bij Frerik Jans te Foxwolde en Frerik Jans zelf, die ondertussen is hertrouwd, zie ook 136 waar zijn ouders Jan Freriks en Berentien Willems woonden. Willemtje Jans en Grietje Jans zijn dus zusters van Roelof Jans Gerrits.

In 1801 is Roelof Jans Gerrits medemomber over de kinderen van Hindrik Buiringe en Annechien Pieters (Bult). In 1825 woont op nummer 48 Harm Willems Bening, getrouwd met Willemtien Hindriks Buiring, die in 1832 ook eigenaar is.

Roelof Jans (Gerrits) trouwt in 1784 met Jantien Jans. Bij zijn overlijden in 1808 krijgt zij de tilbare goederen en de lijftucht (vruchtgebruik) van de vaste goederen (memorie van successie). De overige erfgenamen zijn Jan Freriks van Foxwolde, Jan Pieters Bloemhof en de kinderen van Lukas Jans Niemeijer bij wijlen Jantien Freriks, genaamd Jan, Frerik, Gerrit, Grietje, Jantje en Roelof Lukas Niemeijer vanwege het recht van representatie (dat blijkbaar bij hun huwelijk is bedongen). Zij zijn respectievelijk afkomstig uit Foxwolde, Noordbroek, Yde en (Jantien Jans) uit Peize. Jan Freriks en Jan Pieters zijn volle zusters zoons van de overledene en de kinderen van Lukas Jans Niemeijer bij Jantje Freeks volle zusters kindskinderen. Bij de bezittingen is een huis in Peize, nr. 47 (nr. 48 in 1813), grenzend ten zuiden aan Wicher Eitens en Hendrik Buiring, ten noorden aan Jan Hendriks en Henderk Jakobes en consorten (Hindrik Jacobs Smit).

In 1813 woont Albert Stevens Brink in het huis, zie ook bij 11. Bij het overlijden van Jantien Jans in 1818 is hij aangever als neef. Jantien Jans is geboren in 1745 als dochter van Jan Harmens (Resing) en Grietje Jansen. De erfenis wordt aangegeven door Albert Stevens Brink en Reinder Adams Suurd namens hun echtgenotes Margien Harms en Grietien Harms. Zij zijn verwant in de derde graad en dochters van Harm Jans Resing, zie 76.

49 Hindrik Steenbergen, Gerrit Kramer, Lambert Jannes, Geert Jans Guilker, Jannes Lamberts Snijder, Wicher Eitens, Hindrik Meijer, Hindrik Alberts Bakker

In 1742 wordt Pieter Jansen vermeld voor Jan Gerrits als eigenaar van een huis met als meier Hindrik Steenbergen. zijn weduwe en zoon Lucas wonen later in huis 36, zie aldaar. 

In 1751 verkopen Pieter Jansen van Groningen en zijn huisvrouw Roelfje Willems een huis aan Engbert Berents en huisvrouw Grietje Pieters, die echter al een huis bezitten, vermoedelijk huis 38 en het huis waarschijnlijk bestemmen voor hun dochter Grietje Engberts, getrouwd met Gerrit Cramer. Het huis grenst ten oosten aan Jan Gerrits en ten noorden aan F. Gelmers en consorten. Helaas wordt de zuidelijke buur niet vermeld. In 1752 geeft Hendrik Bult aan dat hij van Frerik Gelmers en consorten twee staakhopen hoppeland heeft gekocht. Mogelijk gaat het hier om dezelfde grond.

Hindrik Steenbergen wordt in het Haardstedenregister van 1742 vermeld voor Jan Gerrits, timmerman, evenals in 1754 en 1764 Gerrit Cramer, die kleermaker is. Grietje Engberts hertrouwt rond 1765 met Lambert Jannes, mogelijk een zoon van de schoenlapper Jannes Lamberts, zie 13.

Uit de voogdijrekeningen die bewaard zijn vanaf 1771 blijkt dat Harm Cramer te Vries in 1771 afstand doet van zijn hoofdmomberschap en medemomber wordt in plaats van de overleden Berend Caspers. De nieuwe hoofdmomber wordt Jan Allerts, getrouwd met zuster Geesien Engberts. Pas in 1778 is de volgende momberrekening. Grietje Engberts, laatst weduwe van Lambert Jannes is dan ook overleden. Jan Allerts en Willem Engberts maken een reis naar de oom Jan Cramer in Amsterdam. Ook Hindrik Arents (Bult) wordt genoemd als medemomber. De medemomber Pieter Engberts wordt in 1778 wegens overlijden vervangen door Hindrik Doens. In de momberrekening komen voor zoon Engbert Gerrits (Wiering), hij trouwt in 1788 in Norg met Grietje Hendriks en woont in Norg als kleermaker, verder dochter Marchien en zoon Gerrit, waarvan verder niets bekend is. Eerder in 1768 is in Peize al een Grietien Gerrits Kramer begraven, die kennelijk ook een dochter is. In 1778 worden mombers aangesteld over de 12-jarige zoon (Jannes) van de overleden Lambert Jannes en Grietien Engberts. Lambert Jannes was al in 1772 overleden en Grietien Engberts in 1778. De mombers zijn Jan Allerts, Hindrik Arents Bult, Pieter Willems en Hindrik Doens.

In het huis woont in 1774 vermoedelijk Geert Jans, in 1784 als Geert Jans Guilker zonder aanslag. In de momberrekening van 1787 zijn uitgaven voor de opzegging van het huis van Geert Guilker. De zoons Engbert en Gerrit zijn dan meerderjarig.

In 1794 verkopen Egbert Gerrids en cons. een halve keuterij aan Jan Alberts voor 280 gld. en tevens een halve keuterij aan Jannes Lambers voor 285 gld. (aangifte Vrijwillige Verkopen, 40ste penning). Jan Alberts is vermoedelijk Jan Alberts Eilander, zie bij 50.

In 1794 woont vermoedelijk de zoon Jannes Lamberts in dit huis, gezien ook de hiervoor vermelde aankoop. Hij wordt dan nog steeds vermeld na nu Roelof Jans Gerrits, maar enkele plaatsen eerder. Er heeft dan mogelijk een wijziging van de volgorde in het Haardstedenregister plaatsgevonden. Na 1812 gebruikt hij de familienaam Snijder. In 1797 is hij 34 jaar, boer met 3 kinderen. Hij is in 1790 gehuwd met Trientien Harms, dochter van Harm Klasen en Roelfien Baving. In 1809 hertrouwt hij met Geesje Jans Talens, dochter van de schipper Jan Arends Talens en Hillechien Alberts, zie 113 en eerder getrouwd met Hein Gerrits.

Geesje Jans Talens heeft vier kinderen uit haar eerste huwelijk, waarvan Geesje, Jan en Gerrit later ook de naam Talens aannemen en de vierde zoon Hindericus voor de naamsaanneming in 1812 overlijdt. De kinderen zijn geboren in Roderwolde, Leek en Zevenhuizen. Er worden geen mombers aangesteld over deze kinderen omdat zij op dat moment door de diaconie van Peize worden onderhouden.

Jannes Lamberts heeft zelf de kinderen Grietje 19, Roelfje 17, Lammigje 15, Harmanna 13 en Margjen 6 jaar. Toeziend voogd is Roelof Barelds, aangetrouwde neef van de pupillen van de bestorvene zijde (Roelof Barelds Bakker getrouwd met Berentien Freriks, dochter van zuster Annechien Harms Baving). De inventaris wordt opgemaakt ten overstaan van Albert Polling als naaste bloedverwant van de bestorvene zijde (getrouwd met zuster Margien Harms) en Gerard Kosters bij gebreke van verdere bloedverwanten. Hieruit blijkt dat we in de Franse tijd zitten, want er zijn nu niet meer twee mombers, maar een administrerend en een toeziend voogd (administrerend voogd is in het algemeen de vader ingeval deze hertrouwt). 

In 1804 ruilt Jannes Lamberts van plaats, althans in het Haardstedenregister, met Wicher Eitens en komt mogelijk in huis 60 te wonen. Mogelijk betreft het hier inderdaad een ruil van woning, want zijn vroegere buurman Roelof Jans Gerrits behoudt wel dezelfde plaats in het Haardstedenregister. In 1807 is Jannes Lamberts daar ook eigenaar. In 1813 lijkt zijn opvolger Gerard Willems Arkies te zijn, die in 1832 eigenaar is van een huis aan de Oude Velddijk westzijde nabij de Vossegatsweg.

Bij de naamsaanneming van 1813 wordt Jannes Lamberts (Snijder) niet vermeld, wel zijn echtgenote als Geesje, weduwe Heine Gerrits Mattewever, dan op nummer 34, mogelijk moet dit zijn nummer 32. In 1825 woont Jannes Lammerts Snijder in huis 32d.

Wicher Eitens is in 1807 eigenaar van het huis waar hij ook woont. Eerder woonde hij in huis 60 en daarvoor in huis 118, zie aldaar. Wicher Eitens overlijdt in 1811. Zijn weduwe Aaltje Tjammes van Hoorn hertrouwt in 1813 met Roelf Jans Been. Zij worden niet vermeld bij de naamsaanneming van 1813.

In 1813 woont Hindrik Meier in dit huis, die hier ook nog woont in 1825, daarvoor woonde hij in huis 23 als timmerman. Hindrik Alberts Meijer is geboren in Loon, Rolde en trouwt in 1796 als Hindrik Albers timmerman met Hinderika Berends, die afkomstig is uit Noordlaren. Zij overlijdt in 1829.

Hindrik Meijer hertrouwt in 1832 met Margien Resing, de weduwe van zijn eerdere buurman Albert Stevens Brink op nummer 48, die ondertussen is verhuisd naar huis 11. Hij overlijdt in 1846. Margien Resing woont in 1850 in huis 11.

In 1832 is Hindrik Alberts Bakker eigenaar van het huis. Hij is een zoon van Albert Hindriks Bakker en Jantien Wilkens en trouwt in 1812 met Anke Jans Hoeks, afkomstig uit Midwolde, Leek. Zij wonen in 1851 ook in dit huis.

50 Roelef Barelts, Roelof Roelofs, Jan Alberts Eilander

In het Register van Nieuwe Huizen 1742 is Roelef Barelts eigenaar van een na 1646 gebouwd huis en wordt dan vermeld tussen Arend Talens en Hindrik Steenbergen, die vermoedelijk aan de westzijde van de Oude Velddijk hebben gewoond. In het Haardstedenregister van 1742 wordt hij vermeld als timmerman en aangeslagen voor 2 paarden. Vanaf 1754 woont Roelef Barelts in het noorden van Peize, zie bij 138. 

Het is onduidelijk wie in de periode 1754-1784 in het huis heeft gewoond vanwege de wisselende bewoners in deze omgeving en mogelijke wisselingen in de volgorde van het Haarstedenregister. In 1754 zou Roelof Roelofs hier kunnen hebben gewoond. Hij wordt evenals eerder Roelef  Barelts vermeld voor Engbert Berents, zie 38. Roelof Roelofs koopt in 1755 huis 56, zie aldaar.

In 1790 dragen Jantien Luinge, weduwe van Barelt Roelefs als lijftuchtenaresse, Eite Roelefs, Hindrik Roelefs, Roelef Willems namens zijn dochter Egbertien Roelefs en Hindrik Willems als gevolmachtigde van Pieter Takens, Roelof Pieters en Taake Pieters een keuterie in het zuideinde van Peize over aan Jan Alberts (Eilander) en huisvrouw Tallegjen Staats.

Het huis grenst ten oosten aan de erven Ketel en Hemsink, ten zuiden en westen aan de weg en ten noorden aan Jantien Luinge, weduwe van Barelt Roelefs. Inderdaad lopen de landerijen bij het huis door tot aan de Zuurseweg. In de aangifte collaterale successie en vrijwillige verkopen 1789 worden als aankopers vermeld Albert Jans en Talligje Harms en als verkopers Barelt Roelfs, Eithe Roelfs, Roelof Willems, Hinderik Roelfs, allen te Peize en de erven van Aaltje Roelefs te Groningen. De verkoopprijs bedraagt 1100 gld.

Jan Alberts Eilander is een zoon van Albert Jans en Hinderkien Jans, zie 137. De naam Eilander is afgeleid van dat huis, dat volgens enkele koopakten "op het  Eiland" is gelegen. Hij trouwt in 1776 met Tallegje Harms Staats, afkomstig uit Eelde. Zoon Albert Jans Eilander trouwt in 1806 met Geessien Hindriks Alberts uit Winde en is in 1832 eigenaar van het huis.

51* Arend Talens, Berend Huizinge, Jan Geerts

In 1742 wordt Arend Talens vermeld tussen Hindrik Arents (Bult) en Hindrik Steenbergen, respectievelijk wonend in één van de huizen 51-54 en in huis 49. Volgens het Register van Nieuwe Huizen is het huis ook eigendom van Arend Talens en is het huis gebouwd na 1646. 

In 1753 verkoopt Arend Talens zijn behuizing aan Pieter Bodenkamp. Het huis grenst ten oosten aan de weg, ten zuiden aan Egbert Berents, ten westen aan Roelef Lunsche en consorten en ten noorden aan Engbert Berents. Engbert Berents heeft iets eerder huis 49 gekocht. Nazaten van Roelof Lunsche bezitten in 1832 westelijk van de waterloop achter deze huizen land tot iets ten noorden van de landerijen achter huis 51/52. 
I.p.v. Egbert Berents zouden we Hindrik Arents Bult verwachten als zuidelijke buur. Egbert Berents kan identiek zijn met Engbert Berents, zwager van Hindrik Arents Bult, of de naam kan een vergissing zijn.  Omdat nazaten van Hindrik Arents Bult in huis 51 wonen, is het vermoeden dat Hindrik Arents Bult in 1742 ook al in huis 51/52 woonde. Hij kan eerder ook in huis 53 hebben gewoond of in huis 54, maar het laatste geeft een probleem omdat dan het huis van Jan Bonnes in 1742 niet is te plaatsen.
Een mogelijkheid is dat het huis van Arend Talens zich bevond tussen de huizen 49 en 51 en omstreeks 1770 is afgebroken. Vanaf dat jaar mist er een bewoner in de rij huizen 48-54. In elk geval zal Hindrik Arents Bult het huis of de grond hebben geërfd van zijn schoonvader Pieter Bodenkamp.

In 1953 ontvangt de diaconie van Peize eerst 50 gld. en later nog 196 gld. uit de verkoop van de vaste goederen van Arend Talens. Hierbij wordt van een lening van 70 gld. slechts 28 gld. uitgekeerd, blijkbaar betrof het een faillissementsuitkering.

In 1754 wordt Arend Talens niet vermeld, in 1764 woont Arend Talens waarschijnlijk in huis 37, in 1774 woont hij in huis 74 zonder aanslag. Zijn echtgenote is vermoedelijk Geessien Barelds. Haar naam wordt vermeld bij het overlijden van dochter Antje, die in 1813 in Groningen overlijdt, oud 84 jaar, dochter van Arend Arends en Geessien Barelds. Zij was eerder getrouwd met Jurjen Boomgaard met kinderen geboren vanaf 1754 in Middelstum en later in Kantens. Zij hertrouwde in 1801 met Cornelis Jans van 't Zand.

Zoon Jan Arends Talens is schipper en trouwt omstreeks 1760 met Hillechien Alberts. Hij woont op verschillende plaatsen, o.a. in 1794 in huis 113, zie aldaar. Dochter Bareltien Arends Talens trouwt omstreeks 1760 met Hindrik Christiaans Barkhuis, die wever is, zie 74.

In 1754 woont Berent Huisinge in het huis. Berent Huisinge trouwt in 1747 met Avien Roelfs en woont in 1764 vermoedelijk in huis 114. Zij woont in 1784 als weduwe in een diaconiekamer, zie 74. Zoon Roelof Huizing trouwt in 1786 met Aaltien Everts, dochter van Evert Jacobs en Zwaantje Jans, zie 109. Dochter Hinderkien Berends Huizing trouwt in 1786 in Roden met Hindrik Harms.

In 1764 wordt Jan Geerts vermeld na Hindrik Arents Bult (de volgorde in het Haardstedenregister voor dit deel van de Oude Velddijk is dan nog van zuid naar noord).

51 Hindrik Arents Bult, Egbert Ubels, Hindrik Buiringe

Huis 51 en 52 zijn mogelijk de helften van een huis, dat omstreeks 1805 is gesplitst, al blijkt dat niet duidelijk uit de vermeldingen in de registers.

Hindrik Arents of Hindrik Arents Bult wordt vermeld in het Haardstedenregister van 1742-1764 als wever. Hij woont in 1742 in een na 1646 gebouwd huis, dat ook zijn eigendom is. Ook in 1774 wordt hij genoemd als Hindrik Arents, maar dan niet meer als wever.

Hindrik Arents Bult trouwt in 1733 met Annegien Pieters, vermoedelijk een dochter van Pieter Bodenkamp en Grietien Jansen, zie 37. Ook Pieter Bodenkamp is wever. Voor zoon Pieter Hindriks Bult zie 54.

Na het overlijden van zijn vrouw Annegien Pieters in 1776 wordt Hindrik Arents Bult niet meer vermeld als hoofdbewoner, hoewel hij pas in 1796 overlijdt. Hij zal in 1784 mogelijk hebben ingewoond bij Egbert Ubels, die dan wordt vermeld als hoofdbewoner en in 1794 bij zijn kleindochter Annegien Pieters, dochter van Pieter Hindriks Bult en Willemtje Jans en in 1792 getrouwd met Hindrik Alderts Buiringe.

Egbert Ubels is geboren in Norg en trouwt in 1780 in Norg met Marchien Freriks Baving, dochter van Frerik Baving en Hinderlkien Jacobs, zie 142. In 1782 wordt in Peize zoon Ubel geboren, die later de naam Bezema aanneemt, zie 114 en in 1784 dochter Hindrikje. Marchien overlijdt in 1787, waarna Egbert Ubels in 1788 in Peize hertrouwt met Jantien Jacobs. In 1797 wordt hij bij huis 34 vermeld als Egbert Ubelts, besembinder, gehuwd met 2 kinderen. Jantien Jacobs overlijdt in 1808 in Peize. De diakonen van Norg betalen dan voor het laken. Egbert Ubels zelf overlijdt in 1815 in Langelo, Norg.

Hindrik Buiringe, getrouwd met Annegien Pieters (Bult), is de hoofdbewoner in 1794. In 1797 is hij arbeider, 35 jaar met 3 kinderen. In 1807 is hij ook eigenaar, echter niet meer in 1832, hoewel hij in 1825 nog in het huis woont. Hindrik Buiringe is een zoon van Aldert Alberts en Egberdina Buiringe, zie 1.

In 1801 hertrouwt Hindrik Alderts Buiringe met Marchien Geerts Timmer, geboren in Eelde als dochter van Geert Jans Timmer en Heiltien Douwes. Er zijn dan drie kinderen over wie mombers worden aangesteld, als hoofdmomber mr. Jan Pieters Bloemhoff, als medemombers Roelof Jans Gerrits, mr. Jan Buiringe en Allert Allerts. Bij de vastigheden zijn een huis, hof en hoppeland. Naast enkele uitstaande leningen zijn er schulden tot een totaal van 750 gld.

Jan Pieters Bloemhoff is een tweelingbroer van Annegien Pieters en is schoolmeester in Leens. Hij heeft zijn opleiding gekregen bij de medemomber Jan (Alderts) Buiringe, die schoolmeester is in Ulrum. Roelof Jans Gerrits is een broer van Willemtje Jans en woont op 48.

Van de drie kinderen van Hindrik Buiringe en Annegien Pieters trouwt dochter Egberdina in 1825 met Roelof Roelofs Hofman, zoon Pieter in 1823 in Vries met Geertien Boering, hij woont later in Bunne en dochter Willemtien in 1820 met Harm Willems Bening, die gaan wonen in huis 48.

Ook uit het tweede huwelijk van Hindrik Buiringe worden meerdere kinderen geboren. In 1807 zijn er 6 inwonende kinderen.

Van de kinderen uit het tweede huwelijk trouwt dochter Hiltien in 1825 met Jan Leker, geboren in Groningen, zoon Aldert in 1827 met Renske Harms Hummel, geboren in Leek, zoon Geert in 1830 in Eelde met Roelfien Geerts Bremer, zoon Albert in 1838 met Johanna Kemkers en dochter Annegien in 1832 in Haren met Johannes Breeman.

Marchien Geerts Timmer overlijdt in 1823, Hindrik Buiringe in 1837. Mogelijk is in 1828 het huis of de helft van het huis verkocht aan Cornelis Ottens cs, die al eigenaar waren van huis 52. In een verkoopakte van februari 1828 worden verschillende kinderen uit beide huwelijken genoemd. In augustus 1828 verkopen de kinderen uit het eerste huwelijk nog een aantal landerijen.

52 Hindrik Arends Kosters, Jan Hindriks Kosters

Dit huis is mogelijk omstreeks 1805 afgesplitst van het voorgaande huis. Hindrik Kosters woont eerst in huis 55, dat hij in 1772 heeft aangekocht. Merkwaardig genoeg is voor dat huis in 1807 geen bewoner of eigenaar aan te wijzen. Vermoedelijk omstreeks 1805 verhuist hij naar dit huis, waar hij ook als kleermaker wordt vermeld. Mogelijk heeft hij de zuidelijke helft van het huis toen gekocht van Jan Pieters Bloemhof. In 1797 is hij 66 jaar, gehuwd met 3 kinderen en inwonend zoon Jan Hindriks, 33 jaar en eveneens kleermaker. In 1807 heeft hij een kind en een kleinkind inwonend.

Hij is vermoedelijk een zoon van Arend Kosters en Trientje Willems, zie 20.

Hindrik Arends Kosters, die iets jonger is dan Hindrik Arents Bult, die ook in deze buurt woont, trouwt in 1761 met Lammechien Jans, dochter van Jan Engberts en Lammegien Jans, zie 27.

Dochter Trientien Kosters trouwt in 1791 met Otte Cornelis Ottens, zie 18. Hun kinderen zijn later eigenaar van dit huis en het voorgaande huis (indien de veronderstelling klopt, dat het twee huizen onder één dak betreft).

Dochter Lammechien Hindriks Kosters trouwt in 1794 met Frerik Hindriks Bakker, zie 86.

Zoon Jan Hindriks Kosters trouwt in 1807 met Geessien Fransens Diertens, geboren in Roden als dochter van Frans Diertens en Roelfien Hendriks. Zij wonen ook in 1813 en 1825 in dit huis. Hun dochter Lammechien trouwt in 1837 met Egbert Hindriks Kamps, geboren in Roden. Dochter Roelofje trouwt in hetzelfde jaar in Norg met Jeene Jans Tuinman, geboren in Roden. Zij wonen later in Rolde en Assen. Hindrik Kosters trouwt in 1836 met Gezina Anna van Diepenbrug, dochter van Lucas van Diepenbrugge en Hinderkien Jans Talens, zie 65 en 135.

53 Jan Hindriks Biemold of Krol

Vanaf 1804 komt Jan Hindriks voor in het Haardstedenregister, soms met de naam Krol, maar eigenlijk is zijn familienaam Biemold. Hij is geboren in 1765 in Eelderwolde en trouwt in 1792 in Eelde met Grietje Harms Holtkamp. Aanvankelijk worden kinderen geboren in Eelde of Eelderwolde, vanaf 1800 in Peize. Vermoedelijk is het huis toen nieuw gebouwd.

Vanaf 1807 wordt hij als kuiper vermeld. Hij is dan ook eigenaar van dit huis, waar hij woont en van het volgende huis. Grietje Harms Holtkamp is een dochter van Harm Berends en Janna Roelfs. Janna Roelfs is in 1781 hertrouwd met Tjebbel Reinders (Suurd), die in huis 56 woont.

In 1832 is weduwe Jan Hindriks Krol eigenares van zowel de huizen 53 als 54. De volkstelling van 1825 vermeldt na Roelof Berends Bathoorn, die in dan in huis 53 woont, ook de huizen 53a, 53b en 53c, met resp. als bewoners (zoon) Hindrik Jans Biemold, Roelof Stevens Brink en Grietje Harms Holtkamp. In huis 54 woont dan Reinder Jans Bezembinder. In 1851 woont Hindrik Biemold op nr. 53 en Aaltien Biemold met haar echtgenoot op 53a. De nummers 53b en 53c komen dan niet meer voor.

54 Jan Bonnes, Pieter Hindriks Bult, Evert Jacobs, Fridsiger Berends de Rink

Jan Bonnes woont in 1742 in een na 1646 gebouwd huis, dat ook zijn eigendom is. Hij wordt in het Haardstedenregister van 1742 en 1754 vermeld als wever, in 1764 alleen als keuter. Jan Bonnes wordt in het Haardstedenregister steeds vermeld voor Hindrik Arents Bult. De volgorde voor dit deel van de westzijde van de Oude Velddijk is dan nog van zuid naar noord. Het is niet geheel zeker dat hij in dit huis heeft gewoond.

Jan Bonnes trouwt in 1724 met Jantien Jans. Kort daarvoor vragen de mombers van het minderjarige kind van Harmen Harmens toestemming aan de Etstoel om in te stemmen met het oevelgangscontract dat de bestevader en bestemoeder (grootvader en grootmoeder) van de pupil hebben gesloten met de zoon van hun dochter, Jan Bonnes en zijn bruid Jantien Henderiks te Peize. Het oevelgangscontract houdt in dat Jan Bonnes zijn grootouders levenslang zal onderhouden in ruil voor hun goederen. De mombers durven het niet aan om deze last zelf op zich te nemen.

In 1726 wordt de bestemoeder (grootmoeder) van Jan Bonnes begraven. In 1765 wordt Jan Bonnes begraven. Zijn erfgenamen betalen voor het laken. 

Vermoedelijk is er een zoon jonge Jan Bons, waarvan in 1770 goederen worden verkocht ten bate van de diaconie, en een dochter Hindrikje Jans die in 1766 trouwt met Hindrik Klasen. Deze is mogelijk een zoon uit een eerder huwelijk van Klaas Hindriks, die in 1766 trouwt met Harmtien Hindriks, weduwe Frischer Jans op nummer 55. 
Hun zoon met doopnaam Jan Bonnes en geboren in 1774 trouwt in 1807 in Norg als Jan Bonnes Hendriks van Peize met Roelfje Geerts (Schans) van Een, maar geboren in 1782 in Peize als dochter van Geert Hanses en Grietje Roelfs, zie 63.

Er zijn verder geen gegevens bekend over de mogelijke verkoop van het huis aan Pieter Hindriks Bult. Deze wordt in het Haardstedenregister vermeld in 1774 als wever. Hij is een zoon van Hindrik Arents Bult en Annegien Pieters, zie 51.

Pieter Hindriks Bult trouwt in 1762 in Peize, naam van de bruid niet vermeld. Zij overlijdt in 1766, vermoedelijk zonder kinderen na te laten. Pieter Hindriks Bult hertrouwt in 1768 met Willemtje Jans, dochter van Jan Jans Gerrits en Jantien Roelfs, zie 48. Nadat beiden zijn overleden worden in 1781 mombers aangesteld over de kinderen Jantijn, 11 jaar en de tweeling Jan en Annegien, 8 jaar. Grootvader Hindrik Arents Bult is dan nog in leven. Bij de goederen is een huis bij de pomp.

In de momberrekening van 1793 is sprake van huishuur van Evert Jacobs, die in 1784 ook wordt vermeld in het Haardstedenregister, daarvoor wonend in huis 109. In de rekening van 1795 wordt Coobe Jans genoemd als betaler van huishuur over 1793. In 1787 overlijdt dochter Jantien.

Zoon Jan Pieters wordt opgeleid tot schoolmeester bij Jan Alderts Buiringe te Ulrum, die ook afkomstig is uit Peize. Hij trouwt in 1795 in Leens met Tjaartje Willems Smid en noemt zich dan Jan Pieters Bloemhoff. Hij is schoolmeester in Leens en later in Noordbroek. Verschillende van zijn nakomelingen zijn ook onderwijzer.

Annechien Pieters trouwt in 1793 met Hindrik Alderts Buiringe, zoon van Aldert Alberts en Egberdina Hindriks Buiringe, zie 1. Hij is een broer van de schoolmeester Jan Buiringe in Ulrum en woont in huis 51.

In 1798 verkoopt mr. Jan Pieters Bloemhof van Leens verschillende landerijen, waaronder 4 staakhopen hoppeland gelegen bij de keuterij. Het land grenst ten oosten aan de weg, ten zuiden aan Hindrik Jans Coobs en consorten en ten westen en noorden aan de loop.

Dit zou kunnen slaan op een stuk grond gelegen tussen de Oude Velddijk en de loop richting Schipsloot, tegenover de Zuurseweg. Ten noorden van de Zuurseweg is een afwatering, die hier de weg oversteekt en uitkomt in de loop. Het bewuste huis zou dan het huis ten noorden van deze afwatering kunnen zijn, nummer 54. Dat past bij de omschrijving in 1781, waar het huis bij de pomp ligt.

Zoals hierboven vermeld is Evert Jacobs omstreeks 1784 huurder van het huis. Hij wordt in het Haardstedenregister vermeld in 1784. Daarvoor woont hij in huis 109, zie aldaar. In 1794 wordt zijn weduwe vermeld na Jan Hindriks (Bakker) op 68 met ondersteuning van de diaconie.

In de momberrekening van 1795 wordt huishuur vermeld, betaald door de vrouw van Coop Jans over 1793. Cobe Jans wordt vermeld in het Haardstedenregister van 1794 voor Hindrik Costers, zie 55. In 1797 is hij 37 jaar, arbeider, gehuwd met 3 kinderen. Ook in het huis woont dan Jantien Hindriks, weduwe, 69 jaar en Grietien Roelofs, arbeidster, 39 jaar. Zij zijn vermoedelijk de weduwe en dochter van Roelof Jans Remmelts, zie 43.

Voor 1807 moet het huis in bezit zijn gekomen van Jan Hindriks Krol (eigenlijk Biemold), die tevens eigenaar is van huis 53 waar hij zelf woont.

In huis 54 woont dan Bareld Jans, arbeider, gehuwd met 1 kind.

In 1813 woont Fridsiger Berends de Rink in het huis, daarvoor wonend in huis 47, zie aldaar. Op het formulier bij de naamsaanneming is nummer 74 ingevuld, maar uit de volgorde in het register blijkt dat nummer 54 is bedoeld.

Volgende